· 

Kaapverdië, een ontdekking!

We ontsnapten een weekje uit de donkere winter en gingen voor wat zonne-energie naar Kaapverdië. Dat er net die week extra veel vallende sterren vielen, namen we er graag bij.

De nestor van ons gezelschap - maar uitermate jong van geest - schreef een ludiek reisverslag, dat we graag delen! We voegen er enkele foto's aan toe als illustratie...

Voor meer foto's: bekijk het Flickr online album van deze reis!

 

De GEMINIDEN in KAAP VERDIË

Dit verslag is alles behalve wetenschappelijk verantwoord

 

 

Afgezien van tochten naar andere planeten, andere sterren, andere galaxieën of een andere kosmos organiseert Urania ook af en toe plaatselijke vijfsterrenreisjes. In 1996 ging Urania voor het eerst naar Tenerife (Europese telescopen!). Nu zegt de reisleider dat hij er al enkele tientallen keren is geweest o.a. met scholen. Dit is het eerste bezoek van Urania aan de Kaap Verdische Eilanden en dit valt zò mee dat er zeker nog honderden zullen volgen.

 

***

 

 

Onze groep bestaat uit 13 personen, d.w.z. 12 Vlamingen en een lieve Hollandse dame, maar

die is perfect geïntegreerd en kan best haar mannetje staan. Helemaal geen zwart schaap! Er zijn 3 koppels en 7 zijn simpelweg eenlingen.

***

 

 

We doen de ene strooptocht na de andere. Ach ja, deze 10 eilanden zijn zowat 30 tot 20

miljoen jaar geleden ontstaan door vulkanisme. Dan verschenen ze op de kaart in 1460 bij het allereerste begin van de koloniale geschiedenis toen de Portugezen de Afrikaanse kusten begonnen te verkennen op weg naar de evenaar en het zuidelijk halfrond en uiteindelijk India. Eerst lagen deze eilandjes ver genoeg veilig weg maar na een tijd kregen ze piraten op bezoek. Een veiliger haven met een stevig fort boden bescherming. Er kwam een Engelse opslagplaats voor kolen die de Portugezen gebruikten voor de oversteek naar Zuid-Amerika. We bezoeken ook een gevangenis voor de politieke weerstanders uit alle Portugese koloniën: uiteraard gesloten in 1975, amper 40 jaar geleden, bij de onafhankelijkheid van de eilanden van Cabo Verde. Zoiets heeft België niet gehad.

 

Wij zijn moderne piraten en gaan niet brutaal te werk maar omzichtig door ons tussen de lokale bevolking te mengen. Heel erg vallen wij, blanken, niet op tussen al de toeristen en de inwoners met alle kleurschakeringen. Deze laatsten begroeten ons zeer hartelijk: morabeza = gastvrijheid. Daarom zijn we hoffelijk: we nemen alleen maar kiekjes en laten de rotsen en de planten ongemoeid.

 

***

 

Eén van ons, met de elegante lichaamsbouw van een hardloper, gaat altijd voorop. Hij houdt

de bende wel goed in de gaten. Hij heeft een doordringende blik en is beroepsmatig gewoon dwars door mensen heen te kijken. De groep wordt afgesloten door de bezemvrouw, een perfecte Wifi van de logistieke dienst. Ze houdt alles en allen in het oog, weet en onthoudt alles. Bovendien houdt ze een trolletje bij de hand: dat ventje zou wel eens kunnen achterblijven of verloren lopen en dat zou een onvoorstelbaar verlies zijn voor de wetenschap want hij schrijft

regelmatig tekstjes voor “De Sterrenwachter”, het tijdschrift van Urania.

 

Tussen de gehaaste koploper en de rustige bezemmoeder stapt en keuvelt de ‘kudde’. Twee “herders” lopen voortdurend heen en weer terwijl ze vriendelijk hun “schapen” toespreken,

sussen en gerust stellen en alle mogelijke inlichtingen verstrekken, bv. over de zomerse winter in België. Een van die herders vindt ondertussen nog tijd en energie om elke steen, elk blad, elk

rietje om te keren: hagedissen, salamanders, gekko’s, spinnen, duizendpoten en ander klein grut vangt hij, fotografeert hij en demonstreert hij voor ons met veel uitleg terwijl hij ons af en toe op flessen trekt om te zien of we genoeg opletten.

 

***

 

 

Een koppel is/zijn juist grootouder geworden en heeft meer interesse voor het nieuws over de

boreling, die ze nog niet gezien hebben, dan voor de flonkerende sterren aan het uitspansel. Twee avonden hopen we veel Geminiden te zien. De eerste avond is een beetje bewolkt: weinig vallende sterren. De avond wordt afgesloten in bewondering voor een leeuw die onder onze neus zijn prooi verslindt … het is dan wel een mierenleeuw: de larve vangt miertjes in een trechtervormig kuiltje; als de prooi wil ontsnappen gooit de larve van onderaan het putje wat fijn zand omhoog zodat het miertje of een ander insect weer naar beneden schuift: met twee machtige haken trekt de larve zijn slachtoffer dan onder het zand om op te eten. De hersenen van dit beestje zijn veel kleiner dan een kubieke millimeter maar wat een ongelooflijke strategie!

Verbazend! De tweede avond hebben degenen met een geoefend oog minstens 10 vallende sterren gezien, de meesten slechts vier maar dat is genoeg om de belangrijkste wensen te maken! Onze ervaren reisleider vertelt boeiend over Sirius en de andere sterren, o.a. de winterzeshoek. Hij heeft een krachtige toorts bij waarmee hij af en toe een ster aanwijst en sneller dan het licht doet opfleuren.

 

***

 

 

We nemen een paar keer een vliegtuig om van het ene eiland naar het andere te vliegen. (De

eilanden zijn niet allemaal bewoond en niet allemaal te bezoeken.) Als we ’s avonds op de luchthaven gepakt en gezakt zijn om van Santiago naar Sao Vicente te vliegen is er geen piloot. Geen probleem: elk van ons wil graag de stuurknuppel grijpen: een Geminide weet alles over vallen in schittering en glorie! Maar er is ook geen vliegtuig. We keren teleurgesteld terug naar ons hotel en onze slaapkamer. De volgende ochtend staan we vreselijk vroeg op en met veel geduld geraken we in het vliegtuig. Oef!? Nee! Uitstappen om de bagage te controleren!

 

***

 

 

Tijdens de tochten wordt ons soms vriendelijk een “puncho” aangeboden (morabeza! Gastvrijheid!) Deze is gebrouwen van “rum en melasse van suikerriet” of zo iets. Dat loopt zoet binnen! Het oude trolletje wordt mee getroond door de plaatselijke schone voor een dansje. Ze legt haar hoofdje teder tegen zijn schouder en hoort hoe zijn hart hevig te keer gaat: dan laat ze hem levend los. ’s Morgens en ‘s avonds eten we overvloedig: o.a. de lekkerste tonijn van de aardbol. De glazen wijn worden niet meer geteld, alleen de flessen, voor zover men daartoe in staat is.

 

***

 

Zwemmen met de haaien! Een van ons die filmen maakte in een vroeger leven (Agfa-Gevaert)

gaat herhaaldelijk kopje onder. Het lijkt wel alsof een reusachtige mierenleeuw hem onderuit trekt. Of is het slechts een haai? Hij wordt gered door een zeemeermin die ook ondergaat. De ene ‘herder’ heeft dolle pret en de andere filmt het gebeuren. De haaien kijken toe. Een

andere keer gaan we drijven in een zoutmeer, zonder haaien. We nemen de boot van Sao Vicente naar Santo Antão. Vliegende vissen begeleiden ons.

Een zware bergtocht van 3 uur doen we in 20 minuten dank zij de “puncho” met geitenkaas en dank zij een kleine “short cut”. Bovenaan de enorme caldera (trechtervormige vulkaankrater met ingestorte wanden) hebben we geluk: mooi weer. Buitengewoon! De weidse velden met rietsuiker zijn betoverend mooi. Uniek! Dit is de enige plaats in de wereld waar de rietstengels niet “getopt” worden! (De opbrengst is dan misschien wel 40 % minder, maar traditie is traditie!)

 

***

 

 

De achtste dag vliegen we weer naar Brussel. Tijdens de vlucht wordt dit verslag geschreven, onderhevig aan luchtschommelingen, puncho-herinneringen en nieuwe gedurfde reisplannen. Maar, zoals generaal Mac Arthur ooit zei (niet in West-Afrika maar in het Verre Oosten): we komen terug!

 

In naam van de Geminide-piraten:

Hilde en Werner, Lutgarde en Wilfried, Winnie, Peggy, Francine, Ivan, Freddy, Marc, Jo, Fran en

Dirk (auteur van dit verslag).

Commentaren: 0 (Discussie gesloten)
    Er zijn nog geen commentaren.